Eerst een foto van ons bezoek aan de Tibetaanse Stupa in Kathmandu.
Op de foto onderaan zien jullie onze trekkinggids Procas en zijn twee dragers die ons de zes dagen hebben rondgeleid door de heuvels en jungle aan de voet van de Himalaya. We rijden de eerste dag eerst met de minivan naar het laatste dorpje vanwaar onze trekking begint meteindeloos lange en steile trappen omhoog. Na iedere trap dacht je het gehad te hebben, maar doemde de volgende serie van honderden treden op. In de vollezon is dat knap vermoeiend. Wanneer de temperatuur ook nog eens richting dertig graden schiet, vragen we ons af waar we aan begonnen zijn.Onderweg passeren we enkele kleine bergdorpjes waar we gelukkig water kunnen kopen en de lunch (Noodlesoup) nuttigen. Na de trappen gaat het nog steeds flinkomhoog over soms gladde geitenpaden totda we tegen vier uur s' middags eindelijk arriveren in het "hotel", een zeer eenvoudig guesthouse. Hier staan ons kleine, muffige kamertjes ter beschikking met gedeelde Turkse w.c's en een douche op het dak. Uiteraard geen warm water, maar wel water. We zitten in Chisapani op ongeveer 2500m hoogte. Er is verderniets te beleven, behalve te genieten van het deels bewolkte uitzicht en, heel verrassend, een uitstekend diner van frietjes en een familiebord macaroni per persoon. Elektra is er niet,dus het is behelpen met onze "petzles" (lampjes). Na een boompje kaarten liggen we er vroeg in, tegen 10 uur kruipen we in onze slaapzakken.
Dag twee vervolgen we in de mist onze trekking naar Nargakot, een wandeltocht van ruim 24 km, door dalen en over heuvels, deels in de volle zon en deels door de wolken. De dichtbeboste heuvels en de vele junglegeluidenmaken er een aangename tocht van. In Thule stoppen we voor een pauze met een geweldig uitzicht. We lopen al snel weer door naar onze lunchplek, een heel innemend bergdorpje waar de kindertjes snel uitlopen en belangstellend komen kijken naar die vier toeristen. Wij zijn duidelijk de bezienswaardigheid. Ook hier weer noodlesoup, omdat vlees uit den boze is voor onze gevoelige darmen, we zijn gewaarschuwd om zes dagen vegetarisch te eten.De mensen zijn zeer vriendelijk en leven het leven op hun alledaagse manier, met overleven, eten en het verbouwen van land.
Albert komt er nog achter een bloedzuiger te gast te hebben hehad die goed heeft huisgehouden. Na de lunch beginnen we met eerste sporen van stijfheid aan onze vervolgwandeling naar Nargakot waar we tegen vijven, behoorlijk vermoeid, aankomenin Hotel Galaxy. Dit blijkt in alle opzichten een Fawlty Towers te zijn, incluis een Basil als manager en een Manuel die niets van bestellingen begrijpt. Een pilsje laat al gauw 90 min. op zich wachten. Maar dat is nog niet het ergste. De kamer vanWilfried en Albert blijkt een ware ramp, een beschimmeld kot zonder water, met beddegoed dat bij ons hooguit bij de RD4 nog te vinden is. Tot overmaat van ramp valt onder het douchen (eindelijk een beetje water) ook nog eens de stroom uit...
In het restaurant wordt een open haard gestookt waarbij de rook grotendeels het restaurant inblaast, i.p.v. door de schoorsteen. Maar ja, wie avontuur wil, krijgt avontuur.Na een nieuw boompje kaarten gaan we snel onder de wol. Het festival is in volle gang, er zijn nauwelijks voorraden eten en drinken, we moeten het stellen zonder brood. Alleen een roerei staat ons de volgende ochtend ter beschikking. Op deze wijze vallen we natuurlijk wel goed af...
Helaas is de volgende ochtend veel mist, waardoor we het beloofde uitzicht op de zeven en achtduizenders moeten missen en in dikke mist vertrekken naar Dhulikel, opnieuw een forse trip. De vermoeidheid in de benen is goed voelbaar, ook de druk onder de tenen omdathet soms flink naar beneden gaat, steil en dan weer vlak. Uiteraard wordt de afdaling weer beloond met een stijging. En zo wandelen we uren achtereen. Voor het laatste stuk besluiten we de bus te nemen, anders moeten we langs de weg lopen en dat is in Nepal een Russisch Roulette met bussen, auto's, brommers, fietsen,tuk-tuks en mensen. Wonder boven wonder gebeurt er zelden een ongeluk, al zie je hier en daar een hond liggen die de Roulette niet heeft overleefd. De bus is al een avontuur op zichzelf.
In de bus zitten 60 mensen waar er maar 40 in kunnen. We moeten op het dak klimmen en ons goed vasthouden in de half uur durende rit naarhet stadje Dhulikhel, een heel oud en door tempels omgeven oord. Hier overnachten we in een hotel dat al iets meer sporen van beschavng laat zien: er is water, zowaar warm water en we hoeven ons niet te douchen met de Zwitsal doekjes. We krijgen een sightseeing toer waarbij het late zonlicht de oude stad mooi oplicht. De kleurrijke massakijkt ons nieuwsgierig aan en voor fotografen het paradijs. Een bordje Lasagna (bleken Noodles te zijn) als diner, een kaartje en hupsakee, de slaapzak in.
Vanuit Dhulikhel vertrekken we de volgende dag wandelend naar de volgende bestemming, Namobuddha. Een flinke tocht, eerst over asfalt en dan een lange, lange, stoffige dirtroad waarover we de nodige kilometers slijten in de hete zon. Na een quick lunch (jawel, Noodlesoup) lopen we in twee uur naar de bestemming, een heel klein gehucht, gebouwd om eeneen belangrijke Boeddhistische Stupa. Boven op de heuvel bevindt zich een groot Boeddhistisch klooster.
Na het verfrissen , inderdaad met doekjes of koud water in een wc-douchecombinatie ruimten, gaan we de steile heuvel richting klooster. Aan de voet van het klooster weer tich trappen te nemen; ze moeten hier wel een bere conditie heben.Van hieruit reiken tot in de verte de Tibetaanse gebedsvlaggen, vanaf het klooster via de boomtoppen naar beneden. Slierten van kilometers lang. In ieder geval een prachtig panorama; net niet klaar genoeg om de hoogste bergen te zien. Maar goed die zullen we in de toekomst wel zien.In het gehucht kijken we onze ogen uit. Zo zit voor onnze guesthouse een straatarm oud vrouwtje, half ontbloot rond haar eigen ontlasting en voor soort van hok, dat haar slaapplaats blijkt te zijn. Het leven hier is alles behalve wat we gewend zijn, maar de mensen hier hebben denken we nogmaar weinig van de wereld gezien of gehoord. Ze zijn zeer vriendelijk, ontvangen ons hartelijk en maken ons zelf deelgenoot van een verjaardagsfeestje van een van de tieners. We krijgen een stukje cake en worden door de jarige uitgenodigd om een glaasje "Nepalees Bier" te nuttigen, een rijstwijn. Op een kamertje zit het vol met lokale tieners ensamen met gids en dragers wordt een dansje gewaagd. Leuk om mee te maken. We verlaten de jeugd na een uurtje en leggen nog een kaartje in het, intussen in slaap vallende gehucht.
S' nachts horen we de klokken van de stupa die vanaf drie uur met regelmaat luiden. We zijn er dus vroeg bij die ochtend. Het ontbijt (Tibetaans brood, zeer lekker) wordt klaargemaakt en we ontwaken met alle lokale mensen die slaperig door de straat lopen of rond een vuurtje zitten water te koken. We lopen in zo'n vier uur naar Panauti, onze laatste bestemming. De wandeling is gelukkig niet meer zo zwaar en als we tegen 12 uur aankomen in een heus hotel, merken we dat het festival nog steeds zijn sporen nalaat. Driekwart van de menukaart is niet voorradig, maar we bestellen toch een Nepalese lunch de vervolgens twee uur op zich laat wachten doordat het kamermeisje, annex kok alles vers moet klaarmaken en een van de jongens steeds uitstuurt om de ingredienten te halen op de markt.
Weer zijn er grote problemen met (warm) water. Dus weer een koude douche! We lopen door het dorp en maken kennis met de bevolking die op de straten volop bezig zijn de rijst te zeven. Er staan heel wat oude tempeltjes en vanuit de huizen hangt menigeen door het raam belangstellend te kijken wat wij wel niet allemaal zien.Het avondeten, een pizza, wordt genuttigd in een lange, maar verlaten eetzaal. Die nacht slapen we voor het eerst in een heerlijk, en vooral schoon bed. Een verademing en weldaad voor onze vermoeide lichamen. De volgende ochtend lopen we naar de drukke markt waar de bussen vertrekken, ook die van ons naar Kathmandu. Al snel zitten we bovenop de bus vanwaar we het marktleven nog kort gadeslaan en boemelend vertrekken van dorp naar dorp. Overal kan iemand instappen of uitstappen. Voor het eerst zien we ook de Himalaya omdat de bewolking ver is opgetrokken. De toppen zijn goed zichtbaar en maakt de busreis tot een mooie belevenis. Totdat....politiecontrole! We mogenniet langer boven op de bus zitten (gevaarlijk?) en worden met z'n allen in de bus gepropt. Een vrij onmogelijke opgave omdat die al vol zat en nu ineens iedereen van het dak daar nog bij moest. Krom en scheef rijden we ongeveer een kilometer door en wanneer de politie niet meer in zicht is, klimmen we snel weer op het dak. Tot de volgende controle! Opnieuw in de bus, maar die is dan al zo ver leeg dat we een zitplaats hebben.Na twee uur zijn we weer in Kathmandu en lopen het laatste stuk in de smog naar het Hotel, waar we met z'n allen nog een pilsje nuttigen, alvorens afscheid te nemen van onze gids en de dragers.
Op de kamer kunnen we eindelijk de waszakken vullen, schone kleren aan en genieten we de rest van die dag natuurlijk van de verjaardag van Wilfried (die overigens verplicht is zijn kadootjes te dragen: een kleurrijk hoedje met kaarsjes erop en een T-shirt met de tekst "I love my Yak"). Hij trakteert ons op een lekkere Momo (Tibetaans omhulsel met gehakt erin, Fettochini en bijbehorende biertjes. Die avond wordt het voor het eerst wat later...
Dag twee vervolgen we in de mist onze trekking naar Nargakot, een wandeltocht van ruim 24 km, door dalen en over heuvels, deels in de volle zon en deels door de wolken. De dichtbeboste heuvels en de vele junglegeluidenmaken er een aangename tocht van. In Thule stoppen we voor een pauze met een geweldig uitzicht. We lopen al snel weer door naar onze lunchplek, een heel innemend bergdorpje waar de kindertjes snel uitlopen en belangstellend komen kijken naar die vier toeristen. Wij zijn duidelijk de bezienswaardigheid. Ook hier weer noodlesoup, omdat vlees uit den boze is voor onze gevoelige darmen, we zijn gewaarschuwd om zes dagen vegetarisch te eten.De mensen zijn zeer vriendelijk en leven het leven op hun alledaagse manier, met overleven, eten en het verbouwen van land.
Albert komt er nog achter een bloedzuiger te gast te hebben hehad die goed heeft huisgehouden. Na de lunch beginnen we met eerste sporen van stijfheid aan onze vervolgwandeling naar Nargakot waar we tegen vijven, behoorlijk vermoeid, aankomenin Hotel Galaxy. Dit blijkt in alle opzichten een Fawlty Towers te zijn, incluis een Basil als manager en een Manuel die niets van bestellingen begrijpt. Een pilsje laat al gauw 90 min. op zich wachten. Maar dat is nog niet het ergste. De kamer vanWilfried en Albert blijkt een ware ramp, een beschimmeld kot zonder water, met beddegoed dat bij ons hooguit bij de RD4 nog te vinden is. Tot overmaat van ramp valt onder het douchen (eindelijk een beetje water) ook nog eens de stroom uit...
In het restaurant wordt een open haard gestookt waarbij de rook grotendeels het restaurant inblaast, i.p.v. door de schoorsteen. Maar ja, wie avontuur wil, krijgt avontuur.Na een nieuw boompje kaarten gaan we snel onder de wol. Het festival is in volle gang, er zijn nauwelijks voorraden eten en drinken, we moeten het stellen zonder brood. Alleen een roerei staat ons de volgende ochtend ter beschikking. Op deze wijze vallen we natuurlijk wel goed af...
Helaas is de volgende ochtend veel mist, waardoor we het beloofde uitzicht op de zeven en achtduizenders moeten missen en in dikke mist vertrekken naar Dhulikel, opnieuw een forse trip. De vermoeidheid in de benen is goed voelbaar, ook de druk onder de tenen omdathet soms flink naar beneden gaat, steil en dan weer vlak. Uiteraard wordt de afdaling weer beloond met een stijging. En zo wandelen we uren achtereen. Voor het laatste stuk besluiten we de bus te nemen, anders moeten we langs de weg lopen en dat is in Nepal een Russisch Roulette met bussen, auto's, brommers, fietsen,tuk-tuks en mensen. Wonder boven wonder gebeurt er zelden een ongeluk, al zie je hier en daar een hond liggen die de Roulette niet heeft overleefd. De bus is al een avontuur op zichzelf.
In de bus zitten 60 mensen waar er maar 40 in kunnen. We moeten op het dak klimmen en ons goed vasthouden in de half uur durende rit naarhet stadje Dhulikhel, een heel oud en door tempels omgeven oord. Hier overnachten we in een hotel dat al iets meer sporen van beschavng laat zien: er is water, zowaar warm water en we hoeven ons niet te douchen met de Zwitsal doekjes. We krijgen een sightseeing toer waarbij het late zonlicht de oude stad mooi oplicht. De kleurrijke massakijkt ons nieuwsgierig aan en voor fotografen het paradijs. Een bordje Lasagna (bleken Noodles te zijn) als diner, een kaartje en hupsakee, de slaapzak in.
Vanuit Dhulikhel vertrekken we de volgende dag wandelend naar de volgende bestemming, Namobuddha. Een flinke tocht, eerst over asfalt en dan een lange, lange, stoffige dirtroad waarover we de nodige kilometers slijten in de hete zon. Na een quick lunch (jawel, Noodlesoup) lopen we in twee uur naar de bestemming, een heel klein gehucht, gebouwd om eeneen belangrijke Boeddhistische Stupa. Boven op de heuvel bevindt zich een groot Boeddhistisch klooster.
Na het verfrissen , inderdaad met doekjes of koud water in een wc-douchecombinatie ruimten, gaan we de steile heuvel richting klooster. Aan de voet van het klooster weer tich trappen te nemen; ze moeten hier wel een bere conditie heben.Van hieruit reiken tot in de verte de Tibetaanse gebedsvlaggen, vanaf het klooster via de boomtoppen naar beneden. Slierten van kilometers lang. In ieder geval een prachtig panorama; net niet klaar genoeg om de hoogste bergen te zien. Maar goed die zullen we in de toekomst wel zien.In het gehucht kijken we onze ogen uit. Zo zit voor onnze guesthouse een straatarm oud vrouwtje, half ontbloot rond haar eigen ontlasting en voor soort van hok, dat haar slaapplaats blijkt te zijn. Het leven hier is alles behalve wat we gewend zijn, maar de mensen hier hebben denken we nogmaar weinig van de wereld gezien of gehoord. Ze zijn zeer vriendelijk, ontvangen ons hartelijk en maken ons zelf deelgenoot van een verjaardagsfeestje van een van de tieners. We krijgen een stukje cake en worden door de jarige uitgenodigd om een glaasje "Nepalees Bier" te nuttigen, een rijstwijn. Op een kamertje zit het vol met lokale tieners ensamen met gids en dragers wordt een dansje gewaagd. Leuk om mee te maken. We verlaten de jeugd na een uurtje en leggen nog een kaartje in het, intussen in slaap vallende gehucht.
S' nachts horen we de klokken van de stupa die vanaf drie uur met regelmaat luiden. We zijn er dus vroeg bij die ochtend. Het ontbijt (Tibetaans brood, zeer lekker) wordt klaargemaakt en we ontwaken met alle lokale mensen die slaperig door de straat lopen of rond een vuurtje zitten water te koken. We lopen in zo'n vier uur naar Panauti, onze laatste bestemming. De wandeling is gelukkig niet meer zo zwaar en als we tegen 12 uur aankomen in een heus hotel, merken we dat het festival nog steeds zijn sporen nalaat. Driekwart van de menukaart is niet voorradig, maar we bestellen toch een Nepalese lunch de vervolgens twee uur op zich laat wachten doordat het kamermeisje, annex kok alles vers moet klaarmaken en een van de jongens steeds uitstuurt om de ingredienten te halen op de markt.
Weer zijn er grote problemen met (warm) water. Dus weer een koude douche! We lopen door het dorp en maken kennis met de bevolking die op de straten volop bezig zijn de rijst te zeven. Er staan heel wat oude tempeltjes en vanuit de huizen hangt menigeen door het raam belangstellend te kijken wat wij wel niet allemaal zien.Het avondeten, een pizza, wordt genuttigd in een lange, maar verlaten eetzaal. Die nacht slapen we voor het eerst in een heerlijk, en vooral schoon bed. Een verademing en weldaad voor onze vermoeide lichamen. De volgende ochtend lopen we naar de drukke markt waar de bussen vertrekken, ook die van ons naar Kathmandu. Al snel zitten we bovenop de bus vanwaar we het marktleven nog kort gadeslaan en boemelend vertrekken van dorp naar dorp. Overal kan iemand instappen of uitstappen. Voor het eerst zien we ook de Himalaya omdat de bewolking ver is opgetrokken. De toppen zijn goed zichtbaar en maakt de busreis tot een mooie belevenis. Totdat....politiecontrole! We mogenniet langer boven op de bus zitten (gevaarlijk?) en worden met z'n allen in de bus gepropt. Een vrij onmogelijke opgave omdat die al vol zat en nu ineens iedereen van het dak daar nog bij moest. Krom en scheef rijden we ongeveer een kilometer door en wanneer de politie niet meer in zicht is, klimmen we snel weer op het dak. Tot de volgende controle! Opnieuw in de bus, maar die is dan al zo ver leeg dat we een zitplaats hebben.Na twee uur zijn we weer in Kathmandu en lopen het laatste stuk in de smog naar het Hotel, waar we met z'n allen nog een pilsje nuttigen, alvorens afscheid te nemen van onze gids en de dragers.
Op de kamer kunnen we eindelijk de waszakken vullen, schone kleren aan en genieten we de rest van die dag natuurlijk van de verjaardag van Wilfried (die overigens verplicht is zijn kadootjes te dragen: een kleurrijk hoedje met kaarsjes erop en een T-shirt met de tekst "I love my Yak"). Hij trakteert ons op een lekkere Momo (Tibetaans omhulsel met gehakt erin, Fettochini en bijbehorende biertjes. Die avond wordt het voor het eerst wat later...
8 opmerkingen:
Aan Wilfried: weliswaar een dagje te laat maar toch van harte geproficiteerd met je 47-ste verjaardag. Als je zoals ik een echtgenote hebt die over een bijzondere harde schijf beschikt wat betreft verjaardagen, autonummerplaten en telefoonnummers komt dat soms goed van pas. Zo kwam uw verjaardag gisterenavond plots ter sprake en ik heb er meteen 2 Ricard's op geheven.
Amaai makker, da's ook geen gewone stretch-oefening die jullie daar uitvoeren. Met mijn aftakelende knie mag ik er gewoon niet aan denken.
Niettemin is het een fantastisch avontuur dat jullie nu meemaken.
Keep on walkin', kraak op tijd en stond een fris pilsie en tot later!
Guy & Linda
Lieve Wilfried
Wel een dagje te laat maar toch..
Hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag..Gisterenavond hebben wij nog een borreltje op je gedronken
Tjee..wat zullen jullie afvallen....
Geniet er nog van..Ben weer benieuwd naar jullie verhalen...
Groetjes
Sonja
het reisverslag is zo mooi geschreven, dat het net lijkt of we er ook bij zijn. we voelen alleen niet de vermoeidheid en andere ongemakken. dus gaan jullie maar door,naar het volgend avontuur.
wij wachten wel weer op het verslag.
groetjessss
Hallo, wat is dat afzien. Jullie zullen wel gen zwembandjes meer hebben na de tocht. Hebben jullie ook een beetje jeuk van al sie kleine beestjes brr. Nem er mar gen mee naar huis. Wilfried wat zul je er gekleurd op hebben gestaan met je hoedje en shirtje. Als jullie maar lol hebben.
Haaaaaaaai yakkieshihi,
Ten eerste aan Wilfriedjuh
hieperdepiep en een lekkere lange zoen hihi ...
wat een genot die verhalen, en bleeeeh een bloedzuiger ieeeh, die heeft geluk gehad ...
en ik heb nu overal jeuk, jullie zullen wel al elkaar luisjes kunnen pikken he hihi
veel positieve avonturen verder en we follow jullie ...
kus van Marcie, Mieka, Marcoootjuh en natuurlijk de zus Miehihi;)
Hallo allemaal.
wat een boeiend verslag,en albert als we het goed begrijpen kan het sonja bakker boek in de papiercontainer.
verder wachten we op berichten van het volgende avontuur.
p.s. nog de felicitaties voor de jarige wilfried.
groetjes adele en huub
Dus de nieuwe dieet is noodlesoep. Geweldige tocht die jullie gedaan hebben, en ik weet welke geweldige uitzichten jullie onderweg hebben gezien, als het weer het tenminste heeft toe gelaten. Nu weer lekker douche want er zal wel een reukje aan jullie hangen. Nog veel plezier en tot horens.
Ruud en Rees
Beste Wilfried,
Van harte gefeliciteerd, namens Daan, Gerard en Tom-Eric. Jullie maken zo te lezen en te zien prachtige tochten.
Een reactie posten